De toevoeging dat informatie aan patiënten niet eenzijdig mag zijn, houdt in dat (naast de andere voorwaarden gesteld aan de subsidie) de aangeboden informatie geen eenzijdig beeld schetst, uit het verband wordt getrokken en zich niet mag richten op gebruik van één specifiek(e) (genees)middel of behandelmethode. Het is van belang dat eventuele consequenties en alternatieven voldoende worden belicht en meegenomen in de informatievoorziening.
PG-organisaties werken over het algemeen samen met medische professionals en beroepsverenigingen van artsen, ook als het informatievoorziening betreft.
Wanneer er twijfel is over erkenning van een aandoening of geboden informatie aan patiënten, staat in de toelichting van de regeling dat VWS het Zorginstituut om advies kan vragen: “Indien de wetenschappelijke consensus onduidelijk is, kan de minister een advies van het Zorginstituut Nederland hierover inwinnen”.
Met deze toevoeging willen we voorkomen dat informatievoorziening van gesubsidieerde organisaties schadelijke effecten tot gevolgen heeft voor patiënten. Het is nodig om dit alsnog duidelijker op te schrijven in de regeling, in plaats van dit af te leiden uit de andere, al eerder geldende, voorwaarden.