De subsidieregeling Verbetering basisvaardigheden 2024 heeft als doel ervoor te zorgen dat elk kind goed kan rekenen, de Nederlandse taal beheerst, leert hoe we in Nederland met elkaar omgaan, en het onderwijs verlaat met de benodigde digitale vaardigheden op zak.
U kunt geen subsidie meer aanvragen.
Twee subsidieregelingen ondersteunen scholen met het verbeteren van de basisvaardigheden taal, rekenen/wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid in de schooljaren 2024/2025 en 2025/2026:
Is uw aanvraag in ronde 1 toegekend? Dan moet u tussen 2 september en 11 oktober 2024 een activiteitenplan naar ons sturen. Bekijk het webinar voor meer informatie over het activiteitenplan.
Voor wie
Subsidie is beschikbaar voor scholen in de volgende onderwijssectoren:
Het primair onderwijs en primair onderwijs BES
Het voortgezet onderwijs
Het praktijkonderwijs
Het speciaal onderwijs, het speciaal basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs
Scholen in het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo) konden geen subsidie aanvragen.
Het bevoegd gezag vroeg de subsidie aan. Een bevoegd gezag kon per vestiging één keer subsidie aanvragen.
Let op! Heeft een vestiging al subsidie ontvangen via een eerdere regeling Verbetering basisvaardigheden? Dan kon u voor die vestiging niet opnieuw subsidie aanvragen.
Interventies
Met de twee subsidieregelingen kunnen scholen de basisvaardigheden van leerlingen verbeteren. Dit kan met effectief bewezen interventies die in de interventiekaart staan, of met andere interventies waarvan is aangetoond dat ze bijdragen aan de verbetering van de basisvaardigheden. Bijvoorbeeld:
Activiteiten gericht op extra instructie en onderwijstijd voor leerlingen.
Professionalisering van het onderwijspersoneel.
Klassenmanagement.
Effectieve leer- en ontwikkelmiddelen.
Een school mag een deel van de subsidie gebruiken voor de aanschaf van instrumenten om de voortgang te meten. Bijvoorbeeld objectieve toetsen of leerlingvolgsystemen die vaardigheidsscores laten zien op het gebied van taal, rekenen en wiskunde.
U mag de subsidie gebruiken voor één of meer wetenschappelijk onderbouwde interventies.
U kunt voor de onderbouwing van de interventies gebruikmaken van bronnen op de interventiekaart, óf u baseren op ander wetenschappelijk onderzoek en dit combineren met praktijkkennis van leraren in de context van uw school.
U kunt subsidie gebruiken voor materialen, leerlingvolgsystemen, leermiddelen en leermethoden en het betalen van onderwijsondersteunend personeel, als ze in het activiteitenplan gekoppeld zijn aan een interventie uit de interventiekaart of gebaseerd zijn op ander wetenschappelijk onderzoek.
Coördinerende en administratieve taken zijn een onderdeel van het goed laten verlopen van de interventies. Het is dan ook toegestaan een deel van de subsidie hiervoor te gebruiken. Koppel deze kosten wel, net als personele kosten, duidelijk aan de interventies, en denk aan P (prijs) maal Q (hoeveelheid) zodra u de kosten opneemt in de begroting. Daarmee geeft u een onderbouwing van de financiële raming en de hoeveelheid ‘productie’ die er tegenover staat.
Alle activiteiten die herleidbaar zijn naar het primaire proces van de interventies/monitoring beschouwen we als onderdeel van de interventie of de monitoring. Denk dan bijvoorbeeld aan:
Uren die besteed worden aan de implementatie en/of ontwikkeling van de interventies.
Uren die besteed worden aan opleiding, training of professionalisering.
Boeken en software die direct of indirect herleidbaar zijn naar interventies op de interventiekaart.
Uren van externen om deze interventies mogelijk te maken.
Let op: Activiteiten die al worden betaald uit ander geld van de overheid komen niet voor subsidie in aanmerking, want anders is er sprake van dubbele financiering. In het geval van personele inzet moet het dus gaan om extra uren of uren ter vervanging van personeel. Voor hardware geldt dat alleen de afschrijvingskosten tijdens de activiteitenperiode betaald kunnen worden met de subsidie (tot 31 juli 2026). Voor vragen over de afschrijvingstermijn kunt u contact opnemen met uw accountant. Ook voor deze kosten moet u in het activiteitenplan een duidelijke koppeling maken met een interventie uit de interventiekaart of ander wetenschappelijk onderzoek.
Subsidie voor prioriteitsscholen
Prioriteitsscholen kunnen geen subsidie meer aanvragen.
1. Basisvaardigheden
De interventies zijn in ieder geval gericht op het versterken van de basisvaardigheden taal, rekenen of wiskunde. En waar nodig voor het versterken van de basisvaardigheden burgerschap en digitale geletterdheid.
2. Interventies
De subsidie is bedoeld voor het verbeteren van de basisvaardigheden via interventies die in de interventiekaart staan, of met andere interventies waarvan is aangetoond dat ze bijdragen aan de verbetering van de basisvaardigheden.
3. Activiteitenplan
Als uw aanvraag wordt toegekend, maakt u een activiteitenplan met een omschrijving van de activiteiten die met de subsidie zullen worden uitgevoerd. Voordat u het plan bij ons indient, moet u het plan ter instemming voorleggen aan de medezeggenschapsraad. Voor de eerste aanvraagronde stuurt u ons het plan tussen 2 september en 11 oktober 2024, en voor de tweede ronde tussen 6 januari en 23 februari 2025.
Bekijk ook het webinar voor meer informatie over het activiteitenplan.
Nadat u het activiteitenplan heeft ingediend, krijgt u een ontvangstbevestiging met een kopie van het door u ingediende plan. Wij controleren alle activiteitenplannen. We sturen u een bericht als we vragen hebben over uw plan. Op basis van een steekproefcontrole worden de plannen inhoudelijk getoetst. We informeren u als u geselecteerd bent voor een steekproefcontrole. Scholen hoeven niet te wachten op een reactie van DUS-I om het activiteitenplan uit te voeren.
4. Onderwijscoördinator
De school maakt tijdens de subsidieperiode gebruik van de ondersteuning door een onderwijscoördinator. Dit is een adviseur van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De onderwijscoördinator voert in ieder geval een intakegesprek met de school, brengt een bezoek aan de school, en doet een tussen- en eindevaluatie.
5. Nulmeting en monitoring
Als uw aanvraag wordt toegekend, moet u een nulmeting doen voor de prestaties op het gebied van in ieder geval taal en rekenen/wiskunde. U kunt de nulmeting uitvoeren met bijvoorbeeld objectieve toetsen en/of het leerlingvolgsysteem van de school. Voor aanvraagronde 1 doet u de nulmeting uiterlijk op 30 november 2024, voor aanvraagronde 2 uiterlijk op 28 februari 2025.
Daarnaast monitort de school tijdens de subsidieperiode per schooljaar de voortgang op deze prestaties met een tussenmeting aan het eind van schooljaar 2024/2025 en een eindmeting aan het eind van schooljaar 2025/2026.
Voor deze monitoring kan de school het leerlingvolgsysteem gebruiken. Voor het primair onderwijs kon de school zich hiervoor ook uiterlijk 7 mei 2024 aanmelden voor de leergroeirapportages van het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs (NCO). Deelname aan het NCO is gratis. Is uw school al aangemeld voor de leergroeirapportages? Dan hoeft u zich niet opnieuw aan te melden. Neem vóór aanmelding contact op met uw bestuur om te controleren of uw school al is aangemeld. Voor het voortgezet onderwijs zijn de leergroeirapportages van het NCO op dit moment niet beschikbaar.
De school doet deze metingen bij alle leerlingen, behalve bij leerlingen die 4 jaar of korter in Nederland zijn en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheersen.
6. Activiteitenperiode
De activiteitenperiode van de subsidie uit de eerste aanvraagronde loopt uiterlijk tot en met 31 juli 2026. Voor de tweede ronde loopt de activiteitenperiode uiterlijk tot en met 31 december 2026.
7. Activiteitenverslag
Na afloop van de activiteitenperiode stuurt de school ons een activiteitenverslag. Voor de eerste aanvraagronde doet u dit uiterlijk op 25 september 2026, voor de tweede ronde uiterlijk op 25 februari 2027. Wij plaatsen op deze pagina op tijd een format voor dit verslag. In het verslag toont u aan dat is voldaan aan de subsidieverplichtingen, dat een nulmeting, tussenmeting en eindmeting zijn uitgevoerd, dat is meegewerkt aan de ondersteuning door een onderwijscoördinator, en dat de medezeggenschapsraad heeft ingestemd met het activiteitenplan. In het verslag beschrijft u ook hoe de voorgenomen activiteiten uit het activiteitenplan zijn uitgevoerd.
Prioriteitsscholen krijgen ondersteuning van onderwijscoördinatoren van het ministerie van OCW. De onderwijscoördinatoren werken vraaggericht en gaan het schoolteam helpen met het maken van een plan ter verbetering van de basisvaardigheden. Ze ondersteunen scholen bij de uitvoering van het plan.
In deze video komt u meer te weten over de ondersteuning door onderwijscoördinatoren:
Logo Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap staat in beeld.
Beeldtekst: Ondersteuning vanuit het Masterplan.
Masterplan Basisvaardigheden.
Sam van der Pijl – Onderwijscoördinator OCW:
De laatste jaren zien we dat er een dalende trend is in de resultaten van de basisvaardigheden: taal, rekenen-wiskunde, burgerschap en digitale geletterdheid. Daarover maken wij ons zorgen. Mede daarom is het Masterplan basisvaardigheden ontwikkeld, waarbij we scholen willen stimuleren en ondersteunen, om tot een verbetering van het onderwijs van de basisvaardigheden te komen.
Miranda van Baaren – Onderwijscoördinator OCW:
Het Masterplan basisvaardigheden is bedoeld voor scholen uit het primair onderwijs, dus het po, uit het voortgezet onderwijs, het vo, maar ook het sbo en het so. Eigenlijk het funderend onderwijs in Nederland.
Miranda van Baaren – Onderwijscoördinator OCW:
Als onderwijscoördinator komen wij langs bij de scholen. We reizen ook door heel Nederland, van Friesland tot Limburg, en we gaan met de scholen echt in gesprek. Wij komen ook allemaal uit het veld. We hebben allemaal een onderwijsachtergrond. En met scholen praten we over de basisvaardigheden. Hoe kan je dat nou goed neerzetten?
Sam van der Pijl – Onderwijscoördinator OCW:
Voor de zeer zwakke en onvoldoende scholen is er een-op-een begeleiding vanuit de onderwijscoördinatoren van OCW. Dan komen we langs op school om mee te denken aan een duurzaam en evidence-informed verbetering van het onderwijs van basisvaardigheden. Scholen met een voldoende beoordeling kunnen ook ondersteuning aanvragen. En daar wordt ondersteuning aangeboden door middel van een leernetwerk. Deze leernetwerken gaan van start op de verschillende scholen. Daar gaan de scholen bij elkaar en met elkaar leren. Waarbij de schoolleiders een belangrijke rol spelen om hun leerkrachten en hun docenten daarin te kunnen faciliteren.
Miranda van Os – Directeur Basisschool De Hazesprong, Nijmegen:
Onze school heeft ook ondersteuning gekregen van OCW. Daar wordt eigenlijk best wel negatief over gedacht. Ik dacht zelf ook: wat komen zij extra brengen in de klas? Moeten wij ons verantwoorden, of moeten we cijfers laten zien? Maar het is eigenlijk totaal het tegenovergestelde. Het is vooral ondersteuning. Samen opdenken, meekijken naar: wat is er eigenlijk allemaal te vinden aan materiaal, aan literatuur, waar je uit kunt putten om het beter te doen?
Sam van der Pijl – Onderwijscoördinator OCW:
We hebben een heel divers team met allerlei verschillende achtergronden. Zo hebben we een specialist op het gebied van taal, rekenen-wiskunde, burgerschap, en digitale geletterdheid.
Miranda van Baaren – Onderwijscoördinator OCW:
Als ik naar een school ga met een digitale-geletterdheid-vraag, dan neem ik Sam mee.
Martijn Bakker – Directeur Basisschool ‘t Hof van Rhijnhuyzen, Nieuwegein:
Samenwerking met de coördinatoren was laagdrempelig, prettig en het is echt gericht op ‘samen’. Samen zorgen dat we beter worden. En daar heb ik een enorm prettige ervaring mee. Dat heeft ook contact opgeleverd, wat tot meer leidde. We zijn een keer in Den Haag geweest om op het ministerie zelf te kijken. Dat symboliseert ook een beetje dat het echt anders gaat dan dat je dat normaal gesproken met een willekeurige andere subsidie hebt.
Miranda van Baaren – Onderwijscoördinator OCW:
De school houdt altijd de regie. Wij denken mee met de school. We stellen kritische vragen. Zie ons eigenlijk als een positief-kritische vriend. We willen de school helpen om de basisvaardigheden te verbeteren en goed neer te zetten, maar ook op een duurzame manier. Dat als de subsidie afgelopen is, het er ook staat. Dat er mensen geprofessionaliseerd zijn en dat je kartrekkers hebt. Dat er goed onderzoek gedaan is naar de basisvaardigheden, op een evidence-informed manier. Dus dat er gekeken is naar wat er gebaseerd is op de wetenschap, maar dat er ook gekeken wordt bij elkaar in de klassen. En dat er dan iets staat, waar elke school trots op is en ook trots op kan zijn.
Peter Kooy – Directeur Basisschool De Spits, Utrecht:
Wat we hier hebben gezien is dat juist de helpende hand, het meedenken, het coachen van ons in het proces van de basisvaardighedensubsidie, heel helpend geweest is en ook versterkend. En het heeft ook de opinie over het denken over het ministerie veranderd. Het heeft professionals in hun kracht gezet.
Martijn Bakker – Directeur Basisschool ‘t Hof van Rhijnhuyzen, Nieuwegein:
Als je nu kijkt naar wat de subsidie heeft opgeleverd: het is echt heel erg ingezet op dingen die in de klas nodig zijn. Dat heeft tot gevolg dat er een enorme verbeterslag plaatsvindt. Je ziet dat kinderen daar uiteindelijk beter van worden, maar stiekem dus ook de leerkrachten. Het is geweldig. Je wordt er echt beter van, je onderwijs gaat groeien, het contact is hartstikke stimulerend. Niet twijfelen, doen.
Logo Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap verschijnt in beeld.
Beeldtekst: Een goede basis voor een betere kans.
Masterplan Basisvaardigheden.
Subsidie voor overige scholen
Overige scholen kunnen geen subsidie meer aanvragen.
1. Basisvaardigheden
De interventies zijn in ieder geval gericht op het versterken van de basisvaardigheden taal, rekenen of wiskunde. En waar nodig voor het versterken van de basisvaardigheden burgerschap en digitale geletterdheid.
2. Interventies
De subsidie is bedoeld voor het verbeteren van de basisvaardigheden via interventies die in de interventiekaart staan, of met andere interventies waarvan is aangetoond dat ze bijdragen aan de verbetering van de basisvaardigheden.
3. Activiteitenplan
Als uw aanvraag wordt toegekend, maakt u een activiteitenplan met een omschrijving van de activiteiten die met de subsidie zullen worden uitgevoerd. Voordat u het plan bij ons indient, moet u het plan ter instemming voorleggen aan de medezeggenschapsraad. U stuurt het plan naar ons tussen 2 september en 11 oktober 2024.
Bekijk ook het webinar voor meer informatie over het activiteitenplan.
Nadat u het activiteitenplan heeft ingediend, krijgt u een ontvangstbevestiging met een kopie van het door u ingediende plan. Wij controleren alle activiteitenplannen. We sturen u een bericht als we vragen hebben over uw plan. Op basis van een steekproefcontrole worden de plannen inhoudelijk getoetst. We informeren u als u geselecteerd bent voor een steekproefcontrole. Scholen hoeven niet te wachten op een reactie van DUS-I om het activiteitenplan uit te voeren.
4. Nulmeting en monitoring
Als uw aanvraag wordt toegekend, moet u een nulmeting doen voor de prestaties op het gebied van in ieder geval taal en rekenen/wiskunde. U kunt de nulmeting uitvoeren met bijvoorbeeld objectieve toetsen en/of het leerlingvolgsysteem van de school. Voor aanvraagronde 1 doet u de nulmeting uiterlijk op 30 november 2024, voor aanvraagronde 2 uiterlijk op 28 februari 2025.
Daarnaast monitort de school tijdens de subsidieperiode per schooljaar de voortgang op deze prestaties met een tussenmeting aan het eind van schooljaar 2024/2025 en een eindmeting aan het eind van schooljaar 2025/2026.
Voor deze monitoring kan de school het leerlingvolgsysteem gebruiken. Voor het primair onderwijs kon de school zich hiervoor ook uiterlijk 7 mei 2024 aanmelden voor de leergroeirapportages van het Nationaal Cohortonderzoek Onderwijs (NCO). Deelname aan het NCO is gratis. Is uw school al aangemeld voor de leergroeirapportages? Dan hoeft u zich niet opnieuw aan te melden. Neem vóór aanmelding contact op met uw bestuur om te controleren of uw school al is aangemeld. Voor het voortgezet onderwijs zijn de leergroeirapportages van het NCO op dit moment niet beschikbaar.
De school doet deze metingen bij alle leerlingen, behalve bij leerlingen die 4 jaar of korter in Nederland zijn en om die reden de Nederlandse taal onvoldoende beheersen.
5. Activiteitenperiode
De activiteitenperiode van de subsidie loopt uiterlijk tot en met 31 juli 2026.
6. Activiteitenverslag
De school stuurt ons uiterlijk 25 september 2026 een activiteitenverslag. Wij plaatsen op deze pagina op tijd een format voor dit verslag. In het verslag toont u aan dat is voldaan aan de subsidieverplichtingen, dat een nulmeting, tussenmeting en eindmeting zijn uitgevoerd, en dat de medezeggenschapsraad heeft ingestemd met het activiteitenplan. In het verslag beschrijft u ook hoe de voorgenomen activiteiten uit het activiteitenplan zijn uitgevoerd.
Hoogte subsidie
Primair onderwijs: €1.000 per leerling die op 1 februari 2023 stond ingeschreven op de betreffende vestiging.
Voortgezet onderwijs: €1.000 per leerling die op 1 oktober 2022 stond ingeschreven op de betreffende vestiging.
Budgetten
Eerste ronde
Voor prioriteitsscholen zijn in de eerste ronde de volgende budgetten beschikbaar:
Primair onderwijs (behalve het speciaal basisonderwijs): €4.805.000
Voortgezet onderwijs (behalve het voortgezet speciaal onderwijs): €9.914.000
Speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs: €1.555.000
Tweede ronde
Voor prioriteitsscholen zijn in de tweede ronde de volgende budgetten beschikbaar:
Primair onderwijs (behalve het speciaal basisonderwijs): €8.897.789
Voortgezet onderwijs (behalve het (voortgezet) speciaal onderwijs): €12.685.449
Speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs: €1.848.891
Wat als er meer subsidie wordt aangevraagd dan er beschikbaar is?
Wordt er meer subsidie aangevraagd dan er beschikbaar is? Dan worden de aanvragen als volgt gerangschikt:
Aanvragen uit Bonaire, Sint Eustatius en Saba krijgen voorrang op alle overige aanvragen.
Daarna krijgen scholen met het inspectie-oordeel ‘zeer zwak’ voorrang. Is er te weinig budget voor alle aanvragen van deze scholen? Dan behandelen we deze aanvragen op volgorde van binnenkomst.
Vervolgens krijgen scholen met het inspectie-oordeel ‘onvoldoende’ voorrang. Is er te weinig budget voor alle aanvragen van deze scholen? Dan behandelen we deze aanvragen op volgorde van binnenkomst.
Voor overige scholen is in 2024 in totaal €634.565.500 beschikbaar:
Primair onderwijs (behalve het speciaal basisonderwijs): €359.153.382
Voortgezet onderwijs (behalve het voortgezet speciaal onderwijs): €239.655.349
Praktijkonderwijs: €7.641.640
Speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs: €28.115.129
Wat als er meer subsidie wordt aangevraagd dan er beschikbaar is?
Wordt er meer subsidie aangevraagd dan er beschikbaar is? Dan worden de aanvragen als volgt gerangschikt:
Aanvragen uit Bonaire, Sint Eustatius en Saba krijgen voorrang op alle overige aanvragen.
Aanvragen uit het primair onderwijs, voortgezet onderwijs en praktijkonderwijs worden per onderwijssector gerangschikt op basis van de achterstandsscore.
Aanvragen uit het speciaal onderwijs, speciaal basisonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs worden gerangschikt op basis van de cumi-regeling.
Na uw aanvraag
Heeft u subsidie aangevraagd? Dan krijgt u binnen 13 weken een besluit. Voor de eerste aanvraagronde is dit uiterlijk 26 juli 2024, voor de tweede ronde uiterlijk 13 december 2024. Als wij een vraag hebben over uw subsidieaanvraag, nemen wij contact met u op.
Is uw aanvraag toegekend? Dan ontvangt u het subsidiebedrag na ontvangst van het besluit. U ontvangt het subsidiebedrag in 3 delen.
Overzicht belangrijke data
Doelgroep
Prioriteitsscholen en overige scholen
Aanvraagperiode
10 april tot en met 26 april 2024
Besluit
Uiterlijk 26 juli 2024
Activiteitenplan inleveren
Tussen 2 september en 11 oktober 2024
Nulmeting uitvoeren
Uiterlijk 30 november 2024
Tussenmeting uitvoeren
Aan het eind van schooljaar 2024/2025
Eindmeting uitvoeren
Aan het eind van schooljaar 2025/2026
Einde activiteitenperiode
Uiterlijk 31 juli 2026
Activiteitenverslag inleveren
Uiterlijk 25 september 2026
Subsidie verantwoorden
Uiterlijk 1 juli 2027 als onderdeel van de jaarverslaggeving
Doelgroep
Prioriteitsscholen
Aanvraagperiode
2 tot en met 13 september 2024
Besluit
Uiterlijk 13 december 2024
Activiteitenplan inleveren
Tussen 6 januari en 23 februari 2025
Nulmeting uitvoeren
Uiterlijk 28 februari 2025
Tussenmeting uitvoeren
Aan het eind van schooljaar 2024/2025
Eindmeting uitvoeren
Aan het eind van schooljaar 2025/2026
Einde activiteitenperiode
Uiterlijk 31 december 2026
Activiteitenverslag inleveren
Uiterlijk 25 februari 2027
Subsidie verantwoorden
Uiterlijk 1 juli 2027 als onderdeel van de jaarverslaggeving
Meldingsplicht bij wijzigingen
Zijn er activiteiten die u niet, niet op tijd of niet volledig kunt uitvoeren? Of verandert er iets aan uw situatie? Dan moet u dit schriftelijk aan ons melden. Doe dit zo snel mogelijk.
Voorbeelden van situaties die u moet melden:
Een wijziging in e-mailadres/contactpersoon.
U wilt een extra basisvaardigheid toevoegen.
Er vindt een fusie bij uw vestiging plaats.
Een wijziging in activiteiten nadat u het activiteitenplan hebt ingediend.
De geplande activiteiten worden niet allemaal uitgevoerd.
De medezeggenschapsraad stemt niet in met het activiteitenplan.
Let op: DUS-I kan de subsidie verlagen als u niet aan de meldingsplicht voldoet.
Subsidie verantwoorden
Heeft u subsidie ontvangen? Dan moet u deze na afloop verantwoorden. Dit houdt in dat u laat zien dat alle activiteiten zijn uitgevoerd en dat u aan alle verplichtingen heeft voldaan.
De subsidie wordt verleend op basis van een voorschot. De subsidie wordt achteraf vastgesteld na afloop van de activiteitenperiode. U verantwoordt de subsidie uiterlijk 1 juli in het daaropvolgende kalenderjaar als onderdeel van de jaarverslaggeving met een aangepast model G, onderdeel 1. Zie hiervoor de Raad voor de Jaarverslaggeving of de regeling Jaarverslaggeving onderwijs BES. Als blijkt dat de activiteiten zijn uitgevoerd en aan de verplichtingen is voldaan, kan het niet-gebruikte deel van de subsidie worden besteed aan andere activiteiten waarvoor geld wordt verstrekt.
We doen een steekproef om te controleren of de activiteiten waarvoor subsidie is verstrekt, zijn uitgevoerd. En of is voldaan aan de verplichtingen die aan de subsidie verbonden zijn.
Wilt u op de hoogte blijven van nieuwe informatie? Meld u dan aan voor een e-mailalert. Zodra nieuwe informatie aan deze pagina wordt toegevoegd, ontvangt u automatisch bericht.