Vragen en antwoorden
Op deze pagina vindt u antwoorden op veelgestelde vragen over de regeling Topsportwedstrijden en topsportevenementen inkomstenderving kaartverkoop COVID-19.
Subsidie aanvragen
Om subsidie aan te vragen vult u het online aanvraagformulier in. Daarnaast kiest u welke van de twee volgende zaken u meestuurt:
- een de-minimisverklaring; of
- u bevestigt in het aanvraagformulier dat u bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie inzichtelijk maakt wat de gerealiseerde inkomsten en kosten waren van de topsportwedstrijden en/of topsportevenementen.
De-minimisverklaring
In de de-minimisverordening van de Europese Unie is afgesproken dat steunmaatregelen (zoals subsidieverlening) van de overheid tot een bepaalde drempel het handelsverkeer tussen de lidstaten niet ongunstig beïnvloeden en daarom niet beschouwd worden als staatssteun. Deze drempel is voor de meeste sectoren gesteld op een bedrag van €300.000 per onderneming over een periode van 3 belastingjaren. Steun die lager is dan het drempelbedrag noemen we ‘de-minimissteun’.
Om ervoor te zorgen dat een onderneming niet te veel subsidie ontvangt, tekent deze een de-minimisverklaring. Daarin verklaart de subsidieontvanger of deze de laatste 3 belastingjaren al de-minimissteun van een overheidsinstantie heeft ontvangen, en zo ja, hoeveel. Het gaat dus om subsidies die zijn ontvangen in 2020, 2021 of 2022. Dit geldt ook voor subsidies waarvan de verleningsbeschikking is gedateerd op 2020, 2021 of 2022.
Als u eerder de-minimissteun heeft ontvangen, heeft de betreffende overheidsinstantie dit aan u laten weten. In de regel heeft u voor eerder ontvangen de-minimissteun een de-minimisverklaring getekend en staat in bijvoorbeeld de subsidiebeschikking dat het gaat om de-minimissteun.
Een aantal veelvoorkomende subsidies, zoals de Tegemoetkoming schade COVID-19 (TOGS), de Tegemoetkoming vaste lasten (TVL) en de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (TOZO) (de lening voor bedrijfskapitaal), beschouwen we als de-minimissteun.
Als uw organisatie subsidie heeft ontvangen via de regeling Stimulering bouw en onderhoud van sportaccommodaties (BOSA), de Tijdelijke noodmaatregel overbrugging werkgelegenheid (NOW-regeling) of de evenementensubsidie, telt deze niet mee als de-minimissteun.
De overheid heeft geen centraal overzicht van geleverde subsidie onder de de-minimisverordening. Daarom is de subsidieontvanger ervoor verantwoordelijk dat de verklaring juist is.
Het is niet verplicht om een de-minimisverklaring mee te sturen met een subsidieaanvraag. Als u de verklaring meestuurt, scheelt het u administratieve lasten wanneer u de subsidie moet verantwoorden via een aanvraag tot vaststelling. Kiest u ervoor om bij uw aanvraag géén de-minimisverklaring mee te sturen? Dan moet u bij de aanvraag tot vaststelling inzichtelijk maken wat de gerealiseerde inkomsten en kosten waren van de topsportwedstrijden en/of topsportevenementen.
Verantwoording
De compensatiebedragen zoals vastgelegd in de bijlagen bestaan uit 2 onderdelen:
- De gerealiseerde inkomsten uit verkoop van tickets en seizoenkaarten voor topsportwedstrijden of topsportevenementen die in bovengenoemde perioden hebben plaatsgevonden. Het gaat hierbij dus om voorafgaand aan het publieksverbod gerealiseerde (seizoen)kaartverkoop. Voor de gerealiseerde inkomsten geldt een de terugbetalingsverplichting. Op het moment dat de tickethouders en seizoenkaarthouders zijn gecompenseerd, zal sprake zijn van inkomstenderving voor de organisator, hetgeen middels de subsidie wordt hersteld.
- De gederfde inkomsten uit niet-gerealiseerde verkoop van tickets en seizoenkaarten voor topsportwedstrijden of topsportevenement die in bovengenoemde perioden hebben plaatsgevonden. In verband met het publieksverbod evenementen is de kaartverkoop immers beperkt gebleven. Het gederfde inkomstenbedrag dient te worden bepaald door op het totale compensatiebedrag voor de desbetreffende wedstrijd of evenement zoals opgenomen in de bijlage te verminderen met de gerealiseerde inkomsten uit verkoop van tickets en seizoenkaarten voor de desbetreffende wedstrijd of het evenement.
In afstemming met sportkoepels (NOC*NSF, het POS en de KNVB) en organisatoren zijn de compensatiebedragen gebaseerd op realisatiecijfers vanuit voorgaande jaren en akkoord bevonden. Met als uitzondering een aantal specifieke wedstrijden en evenementen zonder representatieve referentie waarvan het compensatiebedrag op basis van begrote cijfers zijn gebaseerd. De bedragen in de bijlagen hoeven niet te worden gecontroleerd in de accountantscontrole van de subsidievaststelling.
De accountant wordt gevraagd om volgens het accountantsprotocol inzake de gerealiseerde inkomsten de terugbetaling c.q. restitutie te controleren volgens het accountantscontroleprotocol.
Voorbeeld 1 BVO A
Compensatiebedrag Wedstrijd 1 BVO A – BVO Z (volgens bijlage II) €70.000
Compensatiebedrag Wedstrijd 2 BVO A – BVO X (volgens bijlage II) €70.000
Totale compensatiebedrag / aanvraag tot verlening c.q. verleningsbedrag €140.000
Voor deze 2 wedstrijden (wedstrijd 1 en 2) zal de accountant van BVO A de hoogte van het bedrag van de gerealiseerde inkomsten tickets- en seizoenkaarthouders controleren.
Het totaalbedrag aan gerealiseerde inkomsten tickets- en seizoenkaarthouders (consumenten en B2B) van wedstrijd 1 en 2 bedraagt na controle accountant €102.000 (II), waarvan €50.000 gerealiseerde inkomsten consumenten en €52.000 gerealiseerde inkomsten B2B.
Het bedrag aan gederfde inkomsten uit de niet-gerealiseerde verkoop van tickets (en seizoenkaarten) bedraagt (I) -/- (II) = €38.000. Voor deze gederfde inkomsten uit niet-gerealiseerde verkoop geldt géén restitutieverplichting en géén verdere accountantscontrole. Wel moet dit subsidiebedrag worden aangemerkt als omzet.
Voor de aanvraag tot vaststelling moet de accountant controleren hoe en in welke mate de €50.000 aan consumenten en €52.000 aan B2B zijn terugbetaald c.q. gerestitueerd.
Het afwegingskader is als volgt:
- Hoofdvorm van restitutie: Compensatie wordt verleend als directe korting, directe teruggave of voucher met een vaste waarde. De accountant controleert of evenredige compensatie heeft plaatsgevonden.
- Is compensatie op een andere manier verleend bijvoorbeeld via een product (bijvoorbeeld boek of (jubileum-) shirt) of dienst (bijvoorbeeld livestream), dan moet de waarde van die compensatie zoals vastgesteld door de aanvrager door de accountant worden gecontroleerd. Bij bijvoorbeeld een boek op basis van de marktwaarde van dat boek als het in de clubstore was verkocht of voorgaande soortgelijke boekpublicatie. Als een product of dienst niet beschikbaar is om te kunnen kopen in de clubstore of via de clubwebsite, dan wordt de waarde als gelijk aan directe teruggave beschouwd. Bij het maken van een actieve keuze heeft de consument of B2B immers de keuze tussen of het kiezen voor de waarde van directe teruggave of de waarde van een product of dienst. Daardoor wordt het actief afzien van de directe teruggave en de keuze voor een product of dienst gezien als een evenredige compensatie.
- Voorbeeld voor compensatie aan B2B is door middel van het aanbod om sponsoring LED-boarding aan te bieden met ten minste evenredige compensatiewaarde op basis van Nielsen Quality Index (QI) mediawaarde door B2B.
Als 1 tot en met 3 niet van toepassing is, dan volgt:
- Is de waarde niet door de accountant te controleren? Dan kunnen de kosten voor die compensatie door de aanvrager worden opgevoerd als die kosten specifiek zijn gemaakt ter compensatie van de consument. In het geval van het boek is het dan bijvoorbeeld de inkoop- of productiekosten die zijn gemaakt.
In de verantwoording zijn de volgende vormen opgenomen:
- Terugbetalingsbewijs (batchbetaling) ticketprijs of deel seizoenkaart en eventuele btw en transactiekosten aan consument of Business-to-Business.
- Verrekening in de vorm van korting bij betaling seizoenkaart 2022/2023 en/of seizoen 2023/2024 tot 1 december 2023 door consument of B2B of korting bij betaling wedstrijdkaarten 2021/2022 en/of 2022/2023 en/of seizoen 2023/2024 tot 1 december 2023.
- Verrekening in de vorm van vouchers voor wedstrijden 2021/2022 en/of 2022/2023 en/of seizoen 2023/2024 tot 1 december 2023.
- Terugbetaling in de vorm van vouchers voor merchandise, horeca-waarde.
- Overige restitutie met aantoonbare waarde evenredige compensatie.
Als géén restitutie van de waarde (1 t/m 5), dan mogelijkheid tot restitutie van aantoonbare kosten compensatie. Voorwaarde is dat een actieve keuze is gemaakt. Dat betekent ook dat het bijvoorbeeld mogelijk is om consumenten of B2B te vragen om af te zien van een vergoeding en deze om te zetten in een donatie en deze donatie te beschouwen als een restitutie in de zin van deze regeling. - Restitutie van aantoonbare kosten (compensatie tot maximumwaarde evenredige compensatie). Hiervoor geldt dat deze compensatievorm een directe relatie dient te hebben met de gemiste topsportwedstrijd of het topsportevenement en betreft bijvoorbeeld niet de kosten van een reguliere supporters- en/of sponsor- seizoen afsluiting.
Voorbeeld 1
Een consument heeft 1 los kaartje voor €35 gekocht voor een topsportwedstrijd of een topevenement die valt onder bijlagen I, II of III.
De consument is evenredig gecompenseerd als hij de €35 gecompenseerd heeft gekregen.
Voorbeeld 2
Een consument heeft een seizoenkaart bij BVO X. Deze seizoenkaart is aangeschaft voor €340. De consument heeft 2 wedstrijden gemist die vallen onder bijlage II. De competitie bevat 17 thuiswedstrijden.
De consument is evenredig gecompenseerd als hij voor 2 van de 17 wedstrijden wordt gecompenseerd. De consument heeft recht op een evenredige compensatie van 2/17 x €340 = €40.
Voor de compensatie wordt geen onderscheid gemaakt tussen thuiswedstrijden tegen aantrekkelijkere of minder aantrekkelijke tegenstanders.
Voorbeeld 3
Een B2B heeft een sponsorovereenkomst met BVO Y en heeft 10 seizoenskaarten c.q. 10 sponsorstoelen bij BVO X. Deze sponsorovereenkomst betreffende het onderdeel sponsorstoelen bedraagt €7.600.
De sponsor heeft 3 wedstrijden gemist die vallen onder bijlage II. De competitie bevat 19 thuiswedstrijden.
De B2B c.q. sponsor is evenredig gecompenseerd als hij voor 3 van de 19 wedstrijden voor 10 sponsorstoelen wordt gecompenseerd. De B2B heeft recht op een evenredige compensatie van 3/19 x €7.600 = €1.200.
Voor de compensatie van de B2B wordt geen onderscheid gemaakt tussen thuiswedstrijden tegen aantrekkelijkere of minder aantrekkelijke tegenstanders.
Voorbeeld 4
Een B2B heeft een sponsorovereenkomst met topsportevenement Z en heeft 10 seizoenkaarten c.q. 10 sponsorstoelen voor een 5-daags evenement bij Evenement Z. Deze sponsorovereenkomst betreffende het onderdeel sponsorstoelen bedraagt €60.000.
De sponsor heeft het gehele evenement dat valt onder bijlage III gemist.
De B2B c.q. sponsor is evenredig gecompenseerd als hij voor €60.000 wordt gecompenseerd. De B2B heeft recht op een evenredige compensatie van €60.000.
Er is sprake van overige restitutie met aantoonbare waarde als de toeschouwer deels of volledige restitutie ontvangt in de vorm van bijvoorbeeld een boek. Bij restitutie door middel van een boekontvangt de aanvrager de aantoonbare waarde van het ontvangen boek (in plaats van de aantoonbare kosten). Als een product of dienst niet beschikbaar is om te kunnen kopen in de clubstore of via de clubwebsite, dan wordt de waarde als gelijk aan directe teruggave beschouwd. Bij het maken van een actieve keuze heeft de consument of B2B immers de keuze tussen of het kiezen voor de waarde van directe teruggave of de waarde van een product of dienst. Daardoor wordt het actief afzien van de directe teruggave en de keuze voor een product of dienst gezien als een evenredige compensatie. De aantoonbare waarde kan voor een deel van de toeschouwers lager zijn dan het evenredige compensatiebedrag, waarbij het verschil door de subsidieaanvrager moet worden terugbetaald.
Er is sprake van overige restitutie van gemaakte compensatiekosten als de organisator op een andere wijze dan optie 1 tot en met 5 (zie de vraag 'Voor de gerealiseerde inkomsten (...) zijn toegestaan?') de toeschouwers tegemoet komt en daarvoor compensatiekosten maakt, waarvan de waarde niet kan worden aangetoond.
Voorbeelden van deze gemaakte compensatiekosten zijn de gemaakte kosten door de organisator van het ter beschikking stellen van een livestream. Ook de gemaakte kosten voor de organisatie van een eindfeest voor alle toeschouwers is een voorbeeld van restitutie van gemaakte compensatiekosten. De aanvrager moet bij vaststelling toelichten waarom voor deze vorm van gemaakte compensatiekosten is gekozen, en expliciet uitleggen waarom directie compensatie van toeschouwers en/of B2B betreft. De compensatievorm moet een directe relatie hebben met de gemiste topsportwedstrijd of het topsportevenement en betreft bijvoorbeeld niet de kosten van een reguliere seizoensafsluiting voor supporters en/of sponsor.
Ja, de door de organisator gekozen vorm van restitutie (optie 1 tot en met 6, zie de vraag 'Voor de gerealiseerde inkomsten (...) zijn toegestaan?') moet in ieder geval aantoonbaar dezelfde waarde hebben als de aankoopprijs van het ticket of evenredig zijn met het aantal gemiste topsportwedstrijden. Daarnaast is van belang dat de restitutie daadwerkelijk moet hebben plaatsgevonden, en dus daadwerkelijk aan de consument moet zijn verstrekt.
De uiterste datum van restitutie is 1 december 2023.
Als niet aan de restitutieverplichting is voldaan of als toeschouwers en/of sponsoren geen gebruik hebben gemaakt van de restitutiemogelijkheid c.q. geen actieve keuze hebben gemaakt, dan moet in alle gevallen het deel van de verstrekte STIK-subsidie dat niet is gerestitueerd aan de toeschouwers/en of sponsoren worden terugbetaald aan de subsidieverstrekker. Het bedrag dat zal worden teruggevorderd betreft alleen het bedrag waarvan niet kan worden aangetoond dat het gerestitueerd is.
Het verleende subsidiebedrag zal bij de vaststelling worden verminderd met de verzekeringsuitkering als de organisator een verzekeringsuitkering die verband houdt met de organisatie van topsportwedstrijden en/of topsportevenementen heeft ontvangen c.q. naar verwachting zal gaan ontvangen.
De verantwoordingsdocumenten bestaan uit een combinatie van één of meerdere verantwoordingsmodellen voor verantwoording (lijst I Topsportcompetities (exclusief BVO’s) en/of lijst II Topsportwedstrijden BVO’s en/of lijst III Topsportevenementen). Bekijk hiervoor het voorlopige verantwoordingsmodel.
De NOW biedt een tegemoetkoming in de loonkosten bij een omzetverlies van minimaal 20% door de COVID-crisis. De TVL is een belastingvrije vergoeding ter dekking van vaste kosten in het geval van omzetderving ter hoogte van minimaal 30% door de COVID-crisis. In tegenstelling tot de STIK gaat het bij de NOW en de TVL om kosten in plaats van (gederfde) opbrengsten. Subsidieverlening in het kader van de STIK kan invloed hebben op het recht op of de hoogte van de NOW en de TVL.
De subsidie die een organisator op grond van de STIK ontvangt wordt aangemerkt als omzet in het kader van de TVL en NOW. Dit geldt tevens ook voor het geld dat als gevolg van het afzien van compensatie door supporters en seizoenkaarthouders terugvloeit naar de clubs. Hierdoor kan het omzetverlies van de onderneming lager worden dan tijdens de aanvraag van de NOW en/of de TVL was voorzien. Dit heeft tot gevolg dat de onderneming een lagere vaststelling van de NOW of de TVL krijgt dan bevoorschot was, of zelfs helemaal niet voldoet aan het vereiste percentage aan omzetverlies en het verleende voorschot voor de NOW en/of de TVL zal worden teruggevorderd. Zodoende wordt voorkomen dat overcompensatie plaatsvindt.
Nee, als het totale restitutiebedrag (bijvoorbeeld als gevolg van 100% restitutie inclusief restitutie transactiekosten) hoger is ten opzichte van het verleningsbedrag wordt géén aanvullende subsidie verleend.
Nee, als het totale te restitueren bedrag aan B2B c.q. sponsoren €52.000 gerealiseerde inkomsten betreft en in de praktijk €70.000 is gerestitueerd wordt géén aanvullende subsidie verleend.
Vrijwel de volledige verkoop van seizoenkaarten en tickets zijn verricht per bank. In de gevallen dat een contant gekochte ticket of seizoenkaart aan een toeschouwer contant wordt gerestitueerd, moet de aanvrager onder andere de volgende bewijsstukken registreren en bewaren: ingenomen ticket of bewijsstuk seizoenkaart consument of B2B en bijbehorende kastransactie.
Nee, de subsidieregeling voorziet niet in vergoeding voor de administratieve lasten van de aanvrager. De regeling is zodanig opgesteld dat de administratieve last zo laag mogelijk is.
Meer informatie
Staat uw vraag er niet tussen? Bekijk de regeling, de eerste wijzigingsregeling, de tweede wijzigingsregeling, de samengevoegde regeling of neem contact met ons op. U ontvangt binnen 2 werkdagen een reactie.