Regionale zorgnetwerken ABR

Bacteriën die resistent zijn voor antibiotica zijn een groeiend probleem. Die resistentie kan ervoor zorgen dat infecties minder goed kunnen worden behandeld. De verspreiding van resistente bacteriën moet daarom zoveel mogelijk worden beperkt. Samenwerking tussen zorginstellingen is hierbij belangrijk en daarom zijn er in 2017 tien regionale zorgnetwerken opgericht. Voor deze netwerken is tot 2023 subsidie beschikbaar.

U kunt geen subsidie meer aanvragen.

ABR-zorgnetwerken

Antibioticaresistente bacteriën verplaatsen zich via patiënten en zorgverleners. Daardoor kunnen de bacteriën zich ook buiten een zorginstelling verspreiden. Bijvoorbeeld van een ziekenhuis naar een woning of van een woning naar een verpleeghuis. Van zorginstellingen wordt verwacht dat zij antibioticaresistentie (ABR) binnen de eigen organisatie tegengaan. Dit is lastig, omdat patiënten niet gebonden zijn aan één instelling of plek.

Door middel van samenwerking willen de regionale zorgnetwerken abr tegengaan. De netwerken worden georganiseerd door 10 aangewezen partijen: 8 universitair medische centra, het Amphia ziekenhuis en het Isala ziekenhuis. Deze partijen vragen de subsidie aan en zijn verantwoordelijk voor het samenbrengen van alle relevante organisaties in een ABR-stuurgroep.

In de beleidsregels staan 12 activiteiten genoemd waar de subsidieaanvrager met de subsidie aan moet werken. Ook staan hier zogeheten ‘ingroeitaken’ vermeld, waar eveneens aandacht aan moet worden besteed. Dit zijn activiteiten bedoeld om de preventieve werkwijze binnen zorginstellingen beter te integreren.

Hoogte subsidie

De maximale subsidie per regionaal zorgnetwerk bedraagt €860.000 per jaar. De eerste projecten liepen van mei 2019 tot 2021.

Aanvraagcriteria

Er kan geen subsidie worden gegeven voor:

  • Fundamenteel wetenschappelijk onderzoek.
  • Surveillance en het opzetten van een eigen surveillance databank.
  • Taken op het gebied van bestrijding van uitbraken.
  • Reguliere taken van zorginstellingen.

Van het totale subsidiebedrag mag maximaal €150.000 besteed worden aan ingroeitaken. Aan het losse project, dat onderdeel kan uitmaken van de subsidie, mag maximaal €100.000 worden uitgegeven. Maximaal €100.000 van de subsidie mag worden besteed aan materiële zaken.

Meer informatie

Alle informatie staat in de regeling.

Heeft u vragen? Neem contact met ons op. U ontvangt binnen 2 werkdagen een reactie.